Wat is keramisch koken?

Je herkent een keramische kookplaat aan de roodgloeiende kookzones. De kookzones verhitten je pan met verwarmingselementen. Deze elementen kleuren rood zodra ze opwarmen. Bij een felrode kleur is de kookzone heet genoeg om bijvoorbeeld een pan water snel aan de kook te brengen. De kookzones moeten na het inschakelen wel eerst even opwarmen. Je begint dus niet direct met koken en bakken.

Je kookt en bakt vervolgens exact hetzelfde als je bij andere kookplaten gewend bent. Is je maaltijd klaar? Haal dan de pan van de kookplaat en zet 'm op een onderzetter. De metalen spiralen blijven na het opwarmen namelijk nog enige tijd heet; ook als je de kookplaat al hebt uitgezet. De kookplaat blijft je pan dus verhitten, dus het eten kan dan aankoeken. Laat de elementen ook eerst afkoelen, voor je een doekje over de kookplaat haalt.

Je hebt voor een keramische kookplaat pannen nodig met een gladde bodem. De egale bodem neemt alle warmte op, zodat er geen energie verloren gaat. Heb je jouw pannen eerder op een gaskookplaat gebruikt? Dan is het verstandig om nieuwe pannen aan te schaffen. De bodem van je oude pannen zijn door de vlammen licht vervormd. Hierdoor bereikt niet alle warmte je pan en kook je minder snel op je keramische kookplaat.

Zowel keramisch als inductie valt onder elektrisch koken. Toch zijn er verschillen tussen de 2 types. Keramische kookplaten zijn goedkoper dan de inductie modellen. Inductie kookplaten warmen sneller op, zijn energiezuiniger en veiliger dan een keramisch model. De kookplaat zelf wordt niet heet, waardoor hij weer sneller afkoelt.