Hoe werkt een robotmaaier?

Een robotmaaier maait zelfstandig jouw gazon in een met begrenzingsdraad afgezet gebied. De robotmaaier ontvangt hiervan een signaal en weet zo binnen welke lijnen hij moet blijven. Daarnaast zijn er afgrondsensoren die de robotmaaier laten uitwijken als hij een lager gelegen stuk grond nadert. Een botssensor detecteert objecten, waardoor de robotmaaier er niet mee botst. En als je zin hebt om je robotmaaier zelf te besturen, zijn er maaiers die op afstand bestuurbaar zijn met een app en/of afstandbediening.

Je begint bij het basisstation en legt de grensdraad of perimeterdraad om de rand van je terrein aan. Hanteer de gebruiksaanwijzing om de afstand tot de rand van je gazon te bepalen. Baken ook obstakels als vijvers af. Klem de grensdraad vervolgens vast met de daarvoor bestemde klemmen. Als je het gazon ook wilt verticuteren, graaf je de draad beter in tot maximaal 20 centimeter in de grond. Koppel tot slot de uiteinden aan het basisstation.

Het basisstation is de thuisbasis van je robotmaaier. Geef het een plekje op maximaal 20 meter van een stroombron in huis of de schuur. Zorg dat de plek zo vlak mogelijk is, op minimaal 3 meter van een hoek ligt en veel open ruimte voor zich heeft. Raadpleeg de gebruiksaanwijzing voor de technische gegevens. Je zorgt er in ieder geval voor dat de uiteinden van de begrenzingsdraad samenkomen in het basisstation en dat je het basisstation verbindt met je stroomvoorziening.